Wanneer: vanaf 13 weken tot 6 maanden

(daarnaast kunnen er kortstondige angstfases ontstaan rond 9  maanden / 14 maanden en 18 maanden, deze duren vaak maar een paar weken)

Waar een pup in de socialisatie periode vooral nieuwsgierig en aan het ontdekken is, is hij in de angstfase terughoudend en neigt hij eerder tot vluchtgedrag.

In deze periode is een pup extra gevoelig voor traumatische ervaringen. Behoed je pup daarom zoveel mogelijk voor negatieve ervaringen en dwing hem vooral niet in situaties die hij niet wil (of niet aan kan).

Deze periode heeft 2 kanten: angst en zelfstandigheid:
Vanaf 16 weken zie je bij de pup een bepaalde zelfstandigheid komen, hij gaat steeds iets verder bij je vandaan en het lijkt alsof hij je niet meer nodig heeft maar… aan de andere kant zie je ook ineens dat hij onzeker kan zijn in situaties die hij al eerder heeft meegemaakt. Zo kan hij  ineens schrikken van bijvoorbeeld de vuilcontainer, een bushokje, een fietser etc. 
Dit kan leiden tot veel onbegrip bij zijn hondenmens, hoezo is hij ineens bang voor (bijvoorbeeld) de vuilcontainer, daar loopt hij zo vaak langs?

Je hebt als zijn hondenmens veel geduld nodig om jouw pup door deze fase heen te leiden en ervoor te zorgen dat zijn onzekerheid niet omslaat in angst. Net als in de socialisatieperiode heeft jouw pup positieve ervaringen nodig.

Zie je dat jouw pup bepaalde objecten of situaties spannend vindt, dwing hem dan niet. Leg niet teveel nadruk op het ”enge ding”, ga niet pushen en ook niet met voer lokken,  maar neem  de tijd en laat jouw pup op eigen tempo het object of de situatie  opnieuw ontdekken en….dat hoeft niet in 1 dag! Maak kleine leerstappen, doe het niet in jouw tempo maar in het tempo van jouw pup.
Kijk ondertussen naar zijn lichaamshouding: is hij er nog relaxed onder?  

Als het niet ok voor hem is, dan zie je dat hij :
– niet verder mee wil lopen, hij gaat zitten, liggen of in zijn achteruit
– schuilt achter of tussen je benen
– hijgt
– gaapt
– weg kijkt
– zijn gewicht verplaatst naar zijn achterhand
– zijn staart laag heeft of dat deze zelfs tussen zijn poten zit

 

Wees je dus bewust dat deze periode erbij hoort en dat bij de ene hond de angst meer zichtbaar is dan bij de andere hond. Iedere hond is immers een uniek individu.

Neem de tijd, geef hem vertrouwen en begeleid je pup door deze periode heen. Hij heeft jou echt nodig om uit te groeien tot een stabiele hond!

Deze tekst is geschreven door Ursela Stokdijk, Chiboba hond en mens nader tot elkaar. Het overnemen van deze tekst zonder schriftelijke toestemming is niet toegestaan. Delen van dit artikel op social media wordt zeer gewaardeerd.

Angstfase bij puppen